Belastingplan 2022: Vastgoed

In deze Prinsjesdagspecial staan de belangrijkste voorstellen uit het Belastingplan 2022 en aanvullende wetsvoorstellen voor u op rij. De voorgestelde maatregelen zullen per 1 januari 2022 in werking treden, tenzij anders vermeld. Onderstaand een overzicht van maatregelen m.b.t. vastgoed.

Eigenwoningregeling bij overlijden

De regeling rond de eigenwoningreserve (EWR) wordt weer hersteld naar situatie van vóór 2013. Een EWR wordt weer gekoppeld aan de persoon van de belastingplichtige en komt bij overlijden van rechtswege te vervallen. Een EWR gaat daardoor nooit over op een andere belastingplichtige. Dit geldt ook voor de aflossingsstand. Een achterblijvende partner wordt door deze wijzigingen niet onnodig geconfronteerd met het eigenwoningverleden van de overleden fiscale partner.

Eigenwoningregeling en partnerschap

Er worden wijzigingen voorgesteld in de toepassing van de bijleenregeling en de aflossingsstand om de regelingen rechtvaardiger te maken in partnersituaties. Hiermee worden niet-beoogde beperkingen van renteaftrek voorkomen, die mensen ook hadden kunnen vermijden. Bijvoorbeeld met andere huwelijkse voorwaarden of door geen samenlevingscontract af te sluiten. Een eerder beleidsbesluit (over onder meer de bijleenregeling bij gezamenlijke aankoop en financiering van een eigen woning door fiscale partners waarvan een of beiden een eigenwoningverleden hebben) wordt nu in de wet vastgelegd.  

Huurtoeslag en huurgrensoverschrijding
Bij een rekenhuur boven de maximumhuurgrens bestaat in beginsel geen recht op huurtoeslag. Een uitzondering op deze regel is het verworven recht. De voorwaarden voor deze uitzondering worden versoepeld. Voorgesteld wordt de eis te laten vervallen dat in de maand voor de huurgrensoverschrijding recht op huurtoeslag moest bestaan. Deze maatregel moet voorkomen dat burgers hun huurtoeslag definitief verliezen als die in een voorgaand jaar door huurgrensoverschrijding tijdelijk geen recht meer hebben op huurtoeslag (bijvoorbeeld door een te hoog inkomen).

Geen OVB bij verkoopregulerend beding

Met dit voorstel wordt geregeld dat (onder voorwaarden) een vrijstelling van overdrachtsbelasting (OVB) geldt voor de terugkoop van een woning van een natuurlijk persoon. De vrijstelling geldt als daarmee uitvoering wordt gegeven aan een verkoopregulerend beding. Denk daarbij aan het volgende. Een woning wordt door een aanbieder van woningen met (kopers)korting verkocht aan een bewoner. Als de aanbieder de woning later ingevolge het beding terugkoopt van de bewoner is het niet wenselijk de verkrijging van de woning naar het algemene tarief (thans 8%) te belasten. Als de aanbieder de woning daarna namelijk doorverkoopt aan een starter, mag de aanbieder deze overdrachtsbelasting niet doorbelasten. Dit zou aanbieders ontmoedigen om door te verkopen aan starters.  

Tarief OVB en onvoorziene omstandigheden

Als een natuurlijk persoon een woning verkrijgt die voor hem als hoofdverblijf gaat dienen, hoeft hij maar 2% (of soms zelfs geen) overdrachtsbelasting (OVB) te betalen. Bij het toetsen aan dit hoofdverblijfcriterium kan men al rekening houden met onvoorziene omstandigheden  die zich voordoen na de verkrijging, bijvoorbeeld overlijden of schenking. Deze bepaling wordt verder versoepeld. Men mag ook aan de hand van een verklaring rekening houden met onvoorziene omstandigheden die zich voordoen nadat de koopovereenkomst tot stand is gekomen, maar vóór de levering. Belangrijk is dat de verkrijger vóór het moment van de onvoorziene omstandigheid de intentie had om de woning als hoofdverblijf te gaan gebruiken, maar door deze omstandigheid hier niet meer toe in staat is.  

Aanpassing antimisbruikbepaling WBR

Per 1 april 2021 geldt de startersvrijstelling overdrachtsbelasting voor woningen tot € 400.000 (de woningwaardegrens). Om te voorkomen dat woningen gesplitst worden verkregen om zo onder die woningwaardegrens te blijven, bestaat een antimisbruikbepaling. Die regeling in de Wet op belastingen van rechtsverkeer (WBR) heeft als doel het voordeel van de startersvrijstelling weg te nemen als het totaal van de waarde van de verkrijgingen uitkomt boven € 400.000. Deze wordt gewijzigd om een aantal onduidelijkheden weg te nemen.  

Tip!
De antimisbruikbepaling wordt niet toegepast als bij de eerste verkrijging de woningwaardegrens nog niet gold, en evenmin bij verkrijgingen krachtens erfrecht of huwelijksvermogensrecht van de persoon die de startersvrijstelling heeft toegepast.

Vereenvoudiging aangifteproces OVB

In 2022 zal de inhoud van het aangiftebericht overdrachtsbelasting (OVB) worden uitgebreid. Vanaf dan moet de notaris meer gegevens via het aangiftebericht aanleveren (zoals het BSN en de vrijstelling waarop een beroep wordt gedaan). Sommige gegevens die al via het aangiftebericht aan de Belastingdienst worden verstuurd, hoeft de notaris dan niet meer afzonderlijk aan de Belastingdienst door te geven. Dit geldt bijvoorbeeld voor de schriftelijke verklaring die een particuliere koper van een woning invult bij toepassing van de startersvrijstelling of het verlaagde tarief.

Aanpassingen verhuurderheffing

Het tarief van de verhuurderheffing gaat omlaag naar 0,485%. Voorts zijn er heffingsverminderingen verhuurderheffing. Hiervoor wordt een bedrag in de Rijksbegroting gereserveerd. Deze heffingsverminderingen kunnen per de eerste dag van elk kwartaal tot nihil worden verminderd bij overschrijding van het begrote bedrag. Het wetsvoorstel voorziet erin dat de heffingsverminderingen voortaan op de eerste dag van elke maand op nihil gesteld kunnen worden.
 

Wilt u meer weten over de gevolgen van de belastingplannen voor úw persoonlijke situatie? Neem contact op per e-mail of via +31 495 520 447 om een afspraak te plannen.

Deze special is verdeeld in de volgende onderwerpen:

Klik hier om het volledige Prinsjesdagspecial - Belastingplan 2022 te downloaden als pdf.