Voorjaarsnota en overige fiscale wijzigingen

Voorjaarsnota en overige fiscale wijzigingen

Eind mei 2022 heeft de Minister van Financiën namens het kabinet de jaarlijkse kabinetsplannen voor volgend jaar aan de Tweede Kamer aangeboden. De plannen zijn vastgelegd in de Voorjaarsnota, als opmaat naar Prinsjesdag in september. Met Prinsjesdag wordt het Belastingpakket 2023 gepresenteerd. De plannen uit de Voorjaarsnota zullen daar, al dan niet in aangepaste vorm, in terugkomen. De plannen zijn weliswaar nog verre van definitief, maar we vinden het belangrijk om je hier toch over te informeren. Er is een tendens uit op te maken en in sommige situaties verdient het nu al aanbeveling om voor te sorteren op de fiscale situatie van 2023 en verder.

Waar krijg je mogelijk mee te maken naar aanleiding van de Voorjaarsnota?

Vennootschapsbelasting (Vpb)

In 2022 is het tarief van 15% van toepassing op de eerste schijf die loopt tot EUR 395.000. Winst daarboven wordt belast tegen 25,8%.

Vanaf 2023 wordt de eerste schijf verlaagd naar EUR 200.000. De vennootschap betaalt dus eerder het hoge Vpb-tarief.

Maatregelen in box 2 (de directeur grootaandeelhouder met een aanmerkelijk belang)

Voortaan twee schijven: 26 procent en 29,5 procent per 2024.

In box 2 bedraagt het belastingtarief op dit moment  26,9 procent.

Met ingang van 2024 zal er voortaan over de eerste EUR 67.000 aan aanmerkelijk-belang-inkomen per persoon 26% belasting worden geheven en daarboven 29,5%.

Doelmatigheidsmarge gebruikelijk loon van 25% naar 15% procent per 2024.

Op dit moment mag de dga (directeurgrootaandeelhouder) bij de bepaling van het loon rekening houden met een marge van 25% ten opzichte van het vergelijkbare loon van een niet-dga. Vanaf 2023 mag dit nog slechts 15% afwijken.

Andere ontwikkelingen die aansluiten bij dit onderwerp:

Bij genoemde maatregelen uit de Voorjaarsnota die de dga zullen raken spelen meer veranderingen waar je mogelijk nu al rekening mee wil houden.

  • Ten eerste is in het wetsvoorstel Excessief Lenen opgenomen dat (kort gezegd) dga’s die direct of indirect meer dan EUR 700.000 lenen van hun BV voortaan geconfronteerd zullen worden met heffing in box 2 over het meerdere. De eerste peildatum is  31.12.2023, deze datum zou nog vervroegd of uitgesteld kunnen worden.
  • Daarnaast hebben de coalitiepartijen GroenLinks en PvdA gezamenlijk een initiatief-wetsvoorstel gedaan om de eerste schijf in box 2 nog verder te verlagen, namelijk naar EUR 58.989 bij een tarief van 25,96% en over de tweede schijf zelfs een tarief van 40,59% te heffen.
  • Tot slot spelen er al jaren onzekerheden bij de fiscale regelingen inzake bedrijfsoverdracht (BOR). In een tweede initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks en PvdA wordt voorgesteld de doorschuiffaciliteit in de Inkomstenbelasting voor schenken en vererven van aanmerkelijk belang aandelen te laten vervallen en de BOR (BedrijfsOpvolgingsRegeling deels te beperken en het vrijstellingspercentage flink te verlagen.

Box 2 en 3: Afbouw algemene heffingskorting per 2025

De algemene heffingskorting is op dit moment gekoppeld aan het box 1-inkomen. Door de voorgestelde maatregel gaat, naast het box 1-inkomen, ook het inkomen uit box 2 en 3 meetellen voor de afbouw van de algemene heffingskorting. Hierdoor ontvangen mensen die voornamelijk inkomen hebben in box 2 of 3 een lagere korting op de te betalen belasting.

Box 3: heffingsvrij vermogen blijft gelijk – terugdraaien afspraak coalitieakkoord per 2023

In het coalitieakkoord is een maatregel opgenomen om het heffingsvrij vermogen in box 3 vanaf 2023 in drie stappen te verhogen van EUR 50.650 naar uiteindelijk circa EUR 80.000 . Deze verhoging wordt niet doorgevoerd.
 

Ondernemersregelingen en -faciliteiten:

Kleine ondernemersregeling (KOR) ook in EU per 2025

Op grond van de Richtlijn kleineondernemersregeling wordt per 1 januari 2025 de KOR in de btw aangepast. De belangrijkste wijziging is dat een ondernemer de KOR ook kan toepassen in andere lidstaten.

Afschaffen Fiscale oudedagsreserve (FOR) per 2023

De FOR wordt afgeschaft: met ingang van 1 januari 2023 mag de FOR niet meer fiscaal gefaciliteerd worden opgebouwd, maar de bestaande reeds opgebouwde FOR kan nog wel op basis van de huidige regels worden afgewikkeld.

Verhoging budget Energie Investeringsaftrek uitgesteld naar 2024

In het Coalitieakkoord is afgesproken om het budget voor de EIA te verhogen; elk jaar met 50 miljoen extra tot een totale verhoging met 400 miljoen in 2030. De verwezenlijking van deze afspraak wordt een jaar uitgesteld.
 

Voor werknemers en werkgevers:

Versnelde verhoging onbelaste reiskostenvergoeding

De onbelaste reiskostenvergoeding zal per 1 januari 2023 worden verhoogd van € 0,19 per kilometer naar € 0,21 per kilometer per 1 januari 2023 en € 0,23 per kilometer per 1 januari 2024.

Versobering 30% regeling per 2024 met overgangsregeling

Buitenlandse werknemers maken vaak extra kosten voor hun verblijf in Nederland. Voor de vergoeding van deze extraterritoriale kosten – zoals de kosten voor huisvesting – geldt een gerichte vrijstelling in de werkkostenregeling.  Op basis van de 30% regeling kunnen werknemers die vanuit het buitenland naar Nederland komen om te werken, onder voorwaarden, maximaal 30% van hun loon onbelast ontvangen.

In het verleden is de duur van de regeling al beperkt tot maximaal 5 jaar. Met ingang van 2024 wil men verder versoberen en het maximale salaris beperken tot de zogenoemde ‘Balkenendenorm’. Deze bedraagt nu (cijfer 2022) € 216.000.

Er lijkt te worden voorzien voor een overgangsregeling voor de jaren 2024 en 2025.


Overige

Verlaging jubelton / schenkingsvrijstelling eigen woning per 2023

Per 1 januari 2023 wordt de schenkvrijstelling eigen woning verlaagd van EUR 106.671  (bedrag 2022) naar EUR 27.231.

Voor meer informatie over de voorwaarden om nog in 2022 te schenken voor de eigen woning van de kinderen raden we u aan contact met ons op te nemen.

Overdrachtsbelasting voor beleggers van 9 procent naar 10,1 procent per 2023

De overdrachtsbelasting voor niet-woningen én op verkrijgingen van woningen door rechtspersonen en particulieren die niet zelf langdurig in de woningen gaan wonen zou verhoogd worden van 8 naar 9 procent. De Voorjaarsnota stelt een verdere verhoging voor van 9 procent naar 10,1 procent per 2023. De overdrachtsbelasting voor woningen waarin de kopers zelf gaan wonen (2 procent of onder omstandigheden vrijgesteld), wordt niet aangepast.

Verhoging Wettelijk Minimumloon vervroegen naar 2023 in 3 stappen en AOW koppeling

De verhoging van het Wettelijk Minimumloon (WML) met 7,5 procent wordt een jaar eerder gestart en vindt plaats in drie stappen. Het WML wordt jaarlijks verhoogd met 2,5 procent in zowel 2023 als 2024 en met 2,32 procent in 2025.

De hoogte van de AOW-uitkering wordt vanaf 2023 gekoppeld aan de stapsgewijze verhoging van het wettelijk minimumloon (WML) met in totaal 7,5 procent in 2025.

Ouderenkorting blijft 376 euro

De voorgenomen verhoging van de ouderenkorting met 376 euro uit het coalitieakkoord wordt niet doorgevoerd.

Verlagen btw en accijnzen op energie

De btw op energie wordt per 1 juli 2022 van 21 procent naar 9 procent verlaagd.

De accijnzen op benzine en diesel waren al per 1 april 2022 met 21 procent zijn verlaagd.

Beide wijzigingen gelden tot en met 31 december 2022. Vanaf 1 januari 2023 worden de accijnzen naar het oude niveau gebracht (brandstofvoorraden worden niet aangeslagen tegen dit nieuwe tarief).

Btw-nultarief op zonnepanelen per 2023

De BTW op zonnepanelen gaat van 21 procent naar 0 procent.

Uitbreiding kring belastingplichtigen frisdrankbelasting

Volgens de verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken (Wvad) zijn de belastingplichtigen voor de frisdrankbelasting beperkt tot degene die de alcoholvrije dranken voorhanden heeft. Omdat via aankopen door particulieren en toelevering vanuit het buitenland belastingontwijking steeds meer toenam, wordt de belastingplicht uitgebreid naar ‘enig andere persoon die bij het voorhanden hebben ervan betrokken is’, aansluitend op de huidige systematiek van de Wet op de accijns (WA).

Uitstel salderingsregeling (EB, ODE, btw)

Door de salderingsregeling besparen kleinverbruikers op hun energierekening doordat de stroom die ze met hun zonnepanelen opwekken en terug leveren aan het net, wordt afgetrokken van hun energieverbruik. Ook krijgen ze hetzelfde tarief van de energieleverancier voor ingevoerde stroom als voor afgenomen stroom. Daardoor betalen ze geen energiebelasting, ODE-heffing en btw voor het ‘weggestreepte’ energieverbruik. De salderingsregeling zou per 2023 stapsgewijs worden afgebouwd. Dit wordt nu 2025. De afbouw zal daarna eerst wel iets sneller gaan en stopt in 2031. Nieuw is de voorgestelde extra afbouwstap in 2025. Het voorstel is nog maar 64 procent te salderen in 2025 in plaats van de 73 procent zoals in eerdere wetsvoorstel was voorzien.

 

Wilt u hier meer over weten? Neem contact op per e-mail of via +31 495 520 447 om een afspraak te plannen.
Volg Vaart Adviseurs & Accountants op LinkedIn of Facebook voor meer tips & nieuws.